CBG bronnen
Verborgen verleden - Karin Bloemen uitsnede

Karin Bloemen

Een familiegeschiedenis met creativiteit en armoede

Zangeres en cabaretière Karin Bloemen is benieuwd naar de biologische vader van haar moeder Guurtje. In deze aflevering van Verborgen verleden wil ze te weten komen of ze haar muzikale talent en haar theatrale karakter aan deze man te danken heeft. Daarnaast ontdekt ze een voormoeder met een psychische aandoening, en eentje die van de bedeling moest leven.

De moeder van Karin Bloemen was het resultaat van een buitenechtelijke affaire van haar oma Aagje Moeliker met haar grote liefde Jan Kooij; een grote schande in die tijd. Karin weet dan ook niets over haar biologische opa, en gaat op zoek naar zijn verhaal.

Stemmetjes

Jan Kooij kwam hoogstwaarschijnlijk uit de buurt van Schagen, de plaats waar Karin zelf is opgegroeid. In het Regionaal Archief Alkmaar ontdekt Karin dat haar biologische opa werd geboren op 5 augustus 1893 in Wieringerwaard. Hij was getrouwd met Sijbreg Catharina Wardenaar en was veldarbeider van beroep. Uit de bevolkingsregisters blijkt dat het paar in de zomer van 1933 uit Barsingerhorn is vertrokken, dezelfde zomer waarin Karins moeder werd geboren. Wanneer Karin het graf van Jan Kooij bezoekt, ontmoet ze Sijtje Kooij, net als zij een kleinkind van Jan. Zij vertelt Karin dat haar opa prachtig kon voorlezen met een mooie diepe stem, maar ook allerlei stemmetjes kon nadoen. Daarnaast leerde hij haar tekenen en kon hij heel mooi landschappen schetsen. Het creatieve dat Karin in zich heeft, zat er dus blijkbaar al bij opa Jan in. Met die gedachte sluit Karin de zoektocht naar Jan Kooij af en pakt ze het spoor op bij haar oma, Aagje Moeliker.

Karin Bloemen leest de briefjes van Guurtje de Vries. Foto NTR 1

Karin Bloemen leest briefjes verzonden door haar overgrootmoeder Guurtje de Vries. Foto NTR/Blazhoffski

1
Detail van de gravure Reimerswaal uit de Nieuwe Cronyk van Zeeland door Smallegange 2

Detail van de gravure Reimerswaal uit de Nieuwe Cronyk van Zeeland door Smallegange

2

Erfelijk belast

In het Noord-Hollands Archiefin Haarlem krijgt Karin de huwelijksakte te zien van haar oma Aagje Moeliker met Pieter Dirk Jan Wardenaar, waarbij opa Jan staat opgetekend als een van de getuigen. Verder is op de akte te lezen dat Aagjes moeder, Guurtje de Vries, niet aanwezig kon zijn wegens ‘krankzinnigheid’, zoals psychische aandoeningen in die tijd werden genoemd. In de patiëntenregisters van Provinciaal Ziekenhuis Duinenbosch is te lezen dat Guurtje een hereditair patiënt was, oftewel erfelijk belast – krankzinnigheid zat dus klaarblijkelijk in de familie.

NPO Focus heeft een artikel gepubliceerd over de wijze waarop de geneeskunde zich in de afgelopen eeuwen heeft ontwikkeld.

Ze kreeg tien cent, een brood en vijf ton turf

Ommerschans

De grootmoeder van Guurtje de Vries, Guurtje van der Min, werd geboren in 1804 en trouwde in 1827 met Take de Vries. Samen kregen ze vijf kinderen, van wie er drie op zeer jonge leeftijd kwamen te overlijden. Op een bepaald punt in haar leven werd Guurtje van der Min opgenomen in het diaconiehuis van de Hervormde gemeente te Alkmaar. Een diaconiehuis was een tehuis voor arme mensen die niet meer voor zichzelf konden zorgen. In grote steden werden deze instellingen vaak vanuit het gemeentebestuur gesticht, maar ook kerkgenootschappen hadden hun eigen huizen. Guurtje zat al langere tijd in de bedeling; ze ontving voor het eerst steun op 2 december 1839. Ze kreeg toen tien cent, één brood en vijf ton turf. Uiteindelijk kwam ze op 22 april 1854 te overlijden in Ommerschans, een van de bedelaarsgestichten van de Maatschappij van Weldadigheid. De stamboeken van bewoners van de gestichten zijn per categorie online te doorzoeken via de website Alle Kolonisten van het Drents Archief. Specifieke informatie over bewoners van de Ommerschans kun je vinden op de website van de Historische Vereniging Avereest.

Watergeuzen

Guurtje van der Min was getrouwd met Pieter Moeliker, wiens familie uit Tholen kwam. Pieters vader Jacob Moeliker werd geboren in St. Annaland, een van de zes dorpen op het eiland Tholen. Hierna komen de voorvaders Moeliker in diverse spellingsvarianten voor, tot aan Jacob Moeyelijcker die in 1580 werd geboren te Reimerswaal. Op 5 november 1530 waren grote delen van het omliggende land weggeslagen door een stormvloed, de Sint-Felixvloed. De stad zelf bleef bestaan. Twee jaar later sloeg het noodlot nogmaals toe en werd Reimerswaal voorgoed afgesneden van Zuid-Beveland. Door hun keuze voor de Spanjaarden raakten de Reimerswalenaren regelmatig in gevecht met de prinsgezinde Watergeuzen. Bij de slag van 1574 werd Reimerswaal bijna tot op de grond toe afgebrand. Daarna woonden nog maar een paar gezinnen in de stad, waaronder de vissersfamilie Moeliker.

Lees hier het artikel dat NPO Focus publiceerde over de Watergeuzen.